Hoe herken je de signalen bij chronische stress, overspannen of burnout.

Er zijn verschillen tussen last hebben chronische stressklachten, overspannen zijn en werkelijk beland zijn in een burn-out. In dit artikel probeer ik je uit te leggen wat de verschillen zijn en hoe je de signalen kunt herkennen.

 

 Stress is gezond

We ervaren allemaal wel eens stress en daar is niks mis mee. We hebben stress nodig. Het zorgt ervoor dat er iets gebeurt, dat we iets gedaan krijgen en dat we ergens komen.
Als we net even die extra prestatie willen leveren treden er lichamelijke veranderingen op. Ons stresssysteem wordt geactiveerd. Zo verhoogt bijvoorbeeld de bloeddruk, stijgt de hartslag, versnelt de ademhaling en onze spieren spannen aan. Het zorgt ervoor dat er energie beschikbaar komt zodat we in actie te komen. We kunnen ons bijvoorbeeld beter concentreren, het bevordert onze creativiteit en we hebben focus. We kunnen zo nét die extra taak wél uitvoeren, zoals een sprintje trekken om tóch op tijd in de vergadering aanwezig te zijn. Een tandje bij te zetten om onze to-do lijst voor het einde van de dag weg te werken. Of in de beschikbare tijd de baby te voeden, het eten te koken en de kamer te stofzuigen.

Deze vorm van stress is gezond en die kennen we allemaal. En zolang we vervolgens ook de tijd nemen om te herstellen is er niks mis mee. Het houdt ons in goede conditie.

 Na inspanning volgt ontspanning

Stress kan ook chronisch worden. En dan wordt het een ander verhaal. Chronische stress ontstaat als je na inspanning geen tijd neemt om te ontspannen zodat je zowel metaal als fysiek weer bij kunt tanken, jezelf weer op kunt laden. Dus, zodra je maar door blijft gaan, je langdurig geen balans houdt tussen inspanning en ontspanning sta je op de nominatie om in overspannenheid terecht te komen. En overspannenheid is het voorportaal naar een burn-out. De eenvoudige stelling luidt: na inspanning volgt ontspanning.

Je moet het goed doen en mag niet falen.

Burn-out kan ontstaan doordat mensen op een ineffectieve manier reageren op situaties of omstandigheden die hen daardoor veel stress bezorgen. Deze manier van ‘omgaan met’ noemen we coping. Ieder mens is uniek en ieder mens ontwikkelt dan ook zijn eigen coping stijlen. Dat verklaart waarom sommige mensen in een zelfde situatie of onder dezelfde omstandigheden wel of niet een burn-out ontwikkelen. Die situaties of omstandigheden kunnen zowel werk als privé gerelateerd zijn. En ook fysiek; bijvoorbeeld bij mensen met chronische pijnklachten staat het stresssysteem constant onder druk.

Wat alle mensen met een burn-out gemeen hebben is dat ze bedreven zijn in het stelselmatig negeren van hun eigen grenzen. Ook dat ze zich door hun omgeving over hun grenzen heen laten drijven, bijvoorbeeld vanuit de overtuiging  om steeds aan allerlei verwachtingen te moeten voldoen en niet mogen falen. Het altijd maar goed moeten doen. Als je steeds in deze patronen en overtuigingen terecht komt, kan het ertoe leiden dat je de signalen van je eigen lichaam meer en meer gaat negeren en uiteindelijk het contact daarmee verliest, ze niet meer herkent.

Zoals je uit het bovenstaand al kunt afleiden kunnen er verschillende fasen zijn die naar overspannenheid en burn-out kunnen leiden.

 

Stress, overspannen of burn-out, herken de signalen

Er zijn verschillende fasen die leiden naar een burn-out. Deze zijn niet altijd even duidelijk te herkennen. Hieronder worden de 4 stadia beschreven waarin je je mogelijk kan bevinden. 

  1. Gezonde stress.

Je ervaart normale momenten van stress. Een verhoogde hartslag, een hogere bloeddruk, versnelde ademhaling, spierspanning en alertheid en focus zijn het gevolg. Je lichaam bevindt zich in een staat van hogere paraatheid. Dit impliceert een normale en gezonde ‘vecht of vluchtreactie’ van het lichaam. Je lichaam kan dit ook aan, als het tenminste niet te lang duurt en je ook weer voldoende momenten van ontspanning hebt.

  1. Chronische stress.

Wanneer er continue een druk is, of dat nu externe druk is of druk die je je (onbewust) zelf oplegt, kan stress chronisch worden. Er wordt dan voor langere tijd of zelfs continue een stressreactie van het lichaam gevraagd. Je stresssysteem raakt dan uit balans. De eerste, soms vage klachten kunnen zich aandienen. Bijvoorbeeld: hoofdpijn, een gejaagd gevoel, vermoeidheid, spijsverteringsklachten of slaapproblemen.
Er zijn vast nog momenten van ontspanning, een weekendje rust, een fijne vakantie, een avondje uit eten. Hoewel je overtuigd bent dat je er daarna weer tegenaan kan, val je snel weer terug in oude patronen. Dit kan je jaren volhouden.
Je bent je er niet bewust van dat je langzaam maar zeker teveel van je lichaam en geest vraagt. Voor je gevoel functioneer je namelijk best prima en je hebt niet het gevoel (of je laat het niet toe) dat er een moment komt dat het wel eens teveel zou kunnen zijn en je het dus niet meer volhoudt.

  1. Overspannen

Je gaat merken dat je steeds lager in je energie zit en je hebt vaker het gevoel erg vermoeid te zijn. Signalen die verder bij overspanning horen zijn: concentratieproblemen, slaapproblemen, piekeren, een kort lontje en gevoelig voor prikkels, irreële angst en paniek. Ook zijn er lichamelijke klachten; bijvoorbeeld pijn in de nek en schouders, hoofdpijn, buikpijn, rugklachten.

Deze klachten breng je alleen niet in verband met overspannenheid maar bijvoorbeeld met sporten of ‘je gewoon niet zo lekker voelen’.
Dit is wel het moment dat je moet ingrijpen om te voorkomen dat je niet in een burn-out terechtkomt. Zoals je leest zijn er inmiddels genoeg signalen uit het lichaam die roepen dat het genoeg geweest is. Let wel, signalen uit het lichaam vertellen je altijd de waarheid. Je kunt ze hooguit negeren.
Dit is de fase dat je structureel iets moet veranderen om erger te voorkomen. In je werk, privé omstandigheden en in je gedrag. Besef goed dat als je eenmaal in deze fase beland bent het niet vanzelf over gaat. Velen denken van wel en gaan dus op dezelfde manier door zoals dat ze altijd hebben gedaan.
Zoek ontspanning, neem rust, doe dingen die je leuk vindt en vermijd de situaties die je stress opleveren. Luister naar de signalen uit je lichaam, negeer ze niet langer. Praat erover en zoek hulp.

  1. Burn-out

De signalen in de voorafgaande stadia hebben je niet bewust gemaakt dat je moest ingrijpen. Of je hebt ze met goedbedoelde maar niet helpende argumenten weten te negeren en dus niet serieus genomen.
Inmiddels ervaar je een gevoel van opgebrand zijn, dat je je niet meer kan concentreren. De simpelste taken zijn je teveel en je ervaart extreme gevoeligheid. Je gaat je afzonderen en ondervindt stemmingswisselingen. Kortom je functioneert niet meer en je bent emotioneel volledig uitgeput. Je zult fysiek, mentaal en emotioneel moeten gaan herstellen.

Waar is het mis gegaan? Wat ligt er ten grondslag aan het ontstaan van de fase van chronische stress? Het is tijd om jezelf en je levenssituatie te onderzoeken. Om na een herstel te voorkomen dat je weer in dezelfde patronen terecht komt, moet je vaardig worden om anders met stressvolle situaties en omstandigheden om te gaan. Om dit adequaat en fundamenteel te doen is het belangrijk om hulp te zoeken.

Kortom, maak pas op de plaats, erken en accepteer dat het nu zo is en handel daarnaar. Maak het bespreekbaar, neem rust en zoek hulp.